Derksen Communicatie

februari 9, 2017 DAMES (OVER DE HEREN. EN EEN BLIK IN DE SPIEGEL) Posted In: Column

Simone Derksen (51)
Over man-vrouw gebruiksaanwijzingen.
Een kleine greep, neemt u het vooral met een korrel,
(schep) Boekeloos zout.


Dames, gaat u er maar eens voor zitten als u wilt. Spiedt eens naar links of naar rechts. Mogelijk krijgt u een man in het vizier, uw man wel te verstaan. Gefeliciteerd! Want hoe stoer vrijgezellen ook beweren dat het leven ‘één groot feest is’, een brede schouder heeft zijn voordelen. Echter: de man en zijn gebruiksaanwijzingen. Met hier een daar een Boekelose meneer met zijn  eigenAARDIGheden. Kom: we duiken erin.

“Euhm, wat zei je?”
Allereerst blijf ik mij, binnen mijn eerste ring van vrienden, verbazen over de relaxte manier van leven. Onbewust wrijvend over hun buikje (niets mis mee, in mijn opinie, dat buikje dus, niet het wrijven) overpeinzen ze het vrouwelijk schoon dat voorbij komt. Niet dat ze het altijd aangeven, maar als je met ze in gesprek bent, dwaalt hun blik af en ze reageren met “euhm, wat zei je?”, dan weten u en ik wel hoe laat het is. Typerend vind ik wel dat mijn beleving van ‘mooi’ soms anders is dan die van hen. Ik houd van vrouwen die energie uitstralen, die met een brede blik de wereld
inkijken. Natuurlijk: mascara, een al dan niet getoverd blosje op de wangen, lippenstift op z’n tijd: prima! Ik houd van vrouwen die belangstelling hebben voor anderen, een missie of een passie. En dat hoeft dan niet mijn passie te zijn. De genoemde mannen registeren het beeld dat voorbij komt. In een oogopslag wordt er gescand. En nee, ze zijn niet glad, deze toeschouwers. Gezonde belangstelling.

In draf
Deze genoemde mannen noemen zichzelf sportief. Ze bezoeken trouw wekelijks de tennisbaan. Maken vooraf een selfie van het team, de rackets paraat, de tennissokken enigszins hoog opgetrokken (tip: iets laten zakken). Na afloop van de partij wordt de winnaar in beeld gebracht en dan is er pas echt de draf. De draf naar de bar welteverstaan. Waar de winnende partij de verliezende partij aftroeft.

De strategie om te winnen
‘Winnen’ is trouwens wel belangrijk. Als (voormalig) lid van de Boekelose carnavalsclub De Beunhazen deden wij enkele jaren geleden mee aan het Beachvolleybaltoernooi bij café De Buren. De voorpret was groot, het verzoek van de organisatie was om feestelijk gekleed te komen. Daar hielden wij ons aan: als enig team. Dat voelde wat onplezierig in je ‘jaren vijftig jurk op het volleybalveld staan’. Natuurlijk (?) moest er een teamleider komen. Eén van de mannen gooide het balletje op. “Wie wil er teamleider zijn”. Twee seconden later: “Niemand? Dan neem ik die taak wel voor mijn rekening”. En zo geschiedde. De eerste volleybalronde wonnen wij, tot een ieders verbazing. En ook de tweede werd succesvol afgelegd. Tijd dus voor een strategie volgens de coach. Dat betekende dat ondergetekende niet werd opgesteld. ‘”Je belabberde opslag, die gaat ons punten kosten”. Ik droop af.

Oost-Indisch doof
De laatste ronde: de finale. Aan de andere kant van het volleybalnet stond de Prinsengarde. Zonder steek, dit keer, maar desalniettemin imposant, vond onze leider. Een ander vrouwelijke deelnemer stond klaar om te wisselen, maar werd verzocht deze partij aan haar voorbij te laten gaan. Daardoor ontstond irritatie. Manlief nam het voor zijn vrouw op, en verdween ook uit het veld. En toen waren er nog maar vijf. Helaas, helaas raakte Arjen flink geblesseerd en ondersteunde zijn vrouw Kirsten hem naar een tafeltje dichtbij. Nog drie van de minimaal vier benodigde spelers in het veld: de tegenstanders leken oppermachtig. Coach probeerde de eerder uit hun ambt gezette vrouwelijke spelers te mobiliseren. Maar wij gaven geen krimp. Zagen niet zijn noodsignalen, het gewuif van zijn hand (gebarend om de extra handjes die hij nu nodig had). Wij waren Oost-Indisch doof voor zijn smeekbeden. En zagen het Beunhazenteam genadeloos ten onder gaan. Met het afkoelen van de bestelde bitterballen, keerde ook de rust weer terug. Het was ons eerste en laatste jaar op het Beachvolleybal. En gezien de sfeer van 4 juni jongsleden is dat misschien een gemiste kans. Want we kennen onze pappenheimer de coach: ‘een goede kerel’.

Kattenluik
Op datzelfde terras stonden een aantal weken geleden drie mannen tijdens het afscheidsfeestje van een Boekelose familie. Met enige zelfspot werd er gediscussieerd over hun rol binnen hun gezin. “Op mijn werk straal ik kracht uit”, sprak de een. “Maar als ik te laat thuis kom, moet ik via het kattenluik naar binnen”. De andere vertelde over de Post-It briefjes op het prikbord. Het wekelijkse boodschappenlijstje. “Als ik iets vergeten ben mag ik terug”. De derde keek meewarig naar zijn vriend die aan zijn vrouw vroeg of hij ‘nog een laatste biertje mocht’. Om vervolgens
te concluderen: “ik zie mijn spiegelbeeld”. Nee: u hoeft geen medelijden te hebben met deze mannen. Zij hebben een prachtige mix van werken, tijd met hun gezin doorbrengen en af en toe de remmen los. En hun vrouwen: alle drie willen ze ze voor geen goud (oud ijzer zelfs) missen. En ik geef ze gelijk.

Tot zo ;)
In Boekelo kunnen de gangen van de mannelijke partners makkelijk worden nagaan. Ze zijn lid van BSC Unisson, en/of de tennisbaan of maken een uitstapje naar EHV. Ze zijn lid van de Dorpsraad, de Historische Kring, het Oranjecomité, de Boekelose Ondernemersvereniging, raad van Elf of Prinsengarde. Op vaste locaties halen ze op hun tijd hun natje en droogje. “Tot zo!”, zeggen ze.

Die jurk is wél nieuw
En wij vrouwen? “Ga dan maar (–weer-)”, roepen we ze na. Maar soms bedoelen we “Nee, blijf vanavond thuis”. “Ik red het wel zonder je”, zeggen we. Maar geef ons een knuffel. En als we, als u het huis wederom verlaat, zwijgen en u als man dan vraagt: “Wat is er”. Roepen we misschien “Niets”. Vraag door! Als er wasmiddel op de trap staat, dan bekent dit dat deze naar boven mag worden gedragen. Nee, niet op het aanrecht zetten, maar naast de wasmachine alsjeblieft. En ja: wij denken altijd aan iets. En we willen dan ook graag weten “waar jullie aan denken”. Dat vragen we dan ook. Als dan het antwoord “aan niets is”, zijn wij verbaasd. Niet argwanend, verbaasd. Verzin desnoods iets (tip). Soms gaan we naar de kapper, de kans dat u op ons hoofd kijkt, omdat u langer bent, is reëel. Ziet u op een dag geen grijze streep meer bij de scheiding, dan is de kans groot dat we er zijn geweest. Complimenteer! En ja: die jurk is wél nieuw, en ‘hangt niet al lang in de kast’, zoals wij u misschien soms proberen wijs te maken. (klikspaan). Wij besparen soms geld door het tijdens de opruiming uit te geven. Dat is moeilijk te begrijpen, maar probeer het. We kunnen echt huilen om een film waar de ellende van afdruipt, en we weten dat het een slechts een film is. Maar laat ons.

Secreet
En soms zijn we secreten, naar de man, maar ook als vrouwen onderling. Dat missen jullie soms. Au. We hebben echte vriendinnen (die héél veel over jullie weten). En we leren balanceren: door om te gaan met de vrouwen die jullie wel leuk vinden. Waarbij een territorium soms wordt bewaakt. Zonder plasje.